De hortensia is over het algemeen niet erg gevoelig voor aantasting door ziekten of plagen.
Als de planten gezond gehouden worden hebt u weinig te vrezen.
Gezond betekent hier echter niet dat u overvloedig moet bemesten. Te rijk bemeste hortensia’s, die daardoor weelderig groeien, zullen zachte bloemen en bladeren krijgen en juist die zullen een aantrekkelijk doelwit voor belagers zijn.
Waar kunnen we rekening mee houden:
Bladluizen.
Insecten zoals bladluis verstoren de groei en daarmee de vorming van bloem en blad. Ze kunnen eenvoudig worden bestreden met volledig biologisch afbreekbare middelen, die in de tuincentra verkrijgbaar zijn. Als ze in het beginstadium op een enkel blad voorkomen kunt u eenvoudig het blad verwijderen of de luizen afwrijven.
Spint.
De aanwezigheid van spintmijten is te zien aan kleine lichtgroene of gelige puntjes op het blad en fijn spinrag en kleine beestjes aan de onderkant van het blad. U kunt een grote aantasting voor zijn, door regelmatig de onderkant van het blad, eventueel met een loupe, te bestuderen. Komt de aantasting voor dan kunt u tijdig ingrijpen.
Ook hiervoor zijn in de tuincentra biologisch afbreekbare bestrijdingsmiddelen verkrijgbaar
. 
Trips.
Trips zijn heel kleine insecten, worden ook wel “donderbeestjes” genoemd. omdat ze biij rustig onweersweer met duizenden tegelijk de lucht in gaan. Ze komen oorspronkelijk uit de zuidelijke warmere landen, maar komen de laatste jaren steeds noordelijker. Ze vallen met honderden of duizenden tegelijk de planten aan, brengen schade toe en trekken veelal vervolgens weer verder. Ze vreten gaatjes in het blad en het blad lijkt soms half doorzichtig. Er zijn biologische bestrijdingsmiddelen in de handel tegen trips, maar doordat ze steeds weer verder trekken zijn ze moeilijk te bestrijden..
De aangebrachte schade is betrekkelijk gering, het blad is niet mooi meer, maar de plant gaat niet dood. Als er weinig bladen aan de plant zijn beschadigd, kunt u die er af halen. Maar denk er om, als u al het blad weghaalt groeit de plant niet meer en dan kan ze wel dood gaan.
Schade door trips
Slakken.
Wanneer er gaten in de bladeren zijn ontstaan, is de kans groot dat het slakkenvraat betreft. Slakken beginnen namelijk niet aan de rand van de bladeren te eten, maar zomaar ergens middenin. Slijmsporen onder of op het blad zullen de aanwezigheid van slakken bevestigen. Het zijn meestal naaktslakken die de hortensia’s aanvreten en ze zijn over het algemeen in de ochtend of de avond- schemering actief. U kunt ze wegvangen of met slakkenkorrels, die in de vakhandel verkrijgbaar zijn, bestrijden.
Woldopluis of wollige dopluis.
Dit is een schildluis, die in de maanden mei en juni een soort cocon achter zich aanbouwt. Het ziet er uit als een wollig spinsel. Deze luis, of eigenlijk de ei-zakjes, worden verspreid door vogels of door de wind en kan van andere planten komen.
Het spinsel dat ze bouwen is wollig en ongeveer een centimeter lang, een halve centimeter breed en het bevat eitjes. Nieuwe luizen komen uit de eitjes. Ze zijn zeer moeilijk te bestrijden met chemische middelen en zullen zich gemakkelijk steeds verder verspreiden.
Als de aantasting gering is en in een beginstadium kunt u overwegen alle bolletjes stuk te knijpen. Is er sprake van een ernstige aantasting van groei en bloei, dan adviseren we direct de aangetaste plant tot de grond toe af te knippen en alle takken en blaadjes af te voeren (beslist niet op de composthoop !). Controleer de andere planten in de tuin en neem ook hierbij de nodige maatregelen.
U moet wel alles verwijderen, dus goed kijken !
blad bezet door woldopluis
Lapsnuitkever ofwel taxuskever.
Wanneer bij vraat aan het blad géén slijmsporen van slakken zijn te ontdekken en u vindt ook geen rupsen (of hun uitwerpselen), dan is waarschijnlijk de lapsnuitkever actief. Dit is een zwart kevertje van ongeveer een centimeter lang, dat ook op coniferen voorkomt. Het heeft een erg hard, dof en geribbeld pantser.
Kenmerkend voor de schade die de kever toebrengt, zijn de uitgegeten hapjes aan de randen van jonge bladeren en bloemen. De kevers zitten overdag onder de grond en worden pas ’s avonds laat actief, waarbij ze naar de bovenste, jongste en sappigste delen van de plant lopen. De larven zitten onder de grond en kunnen mogelijk wortelschade veroorzaken.
De bestrijding is niet eenvoudig en voor de consument zijn geen chemische bestrijdingsmiddelen beschikbaar. De beste bestrijdingsmethode is het vangen van de diertjes. Het zijn er over het algemeen niet te veel en bij mooi weer zitten ze na zonsondergang boven in de planten, waar ze vrij eenvoudig gevangen kunnen worden. Let op: als ze even aangeraakt worden, laten ze zich “dood” vallen en zijn op de grond bijna niet meer te vinden. Dan moet u wachten tot de volgende avond.
Eigenlijk brengen de kevers niet de grootste schade toe aan uw plant. Het is niet mooi, uitgegeten hapjes aan de rand van het blad, maar de plant gaat niet dood.
Echter de larven van de kever kunnen wel ernstige schade aanbrengen ! Als zij met velen de wortels van uw plant gaan bewerken, kan de plant wel dood gaan.
Ziet u, naast uitgegeten hapjes, de gezondheid van uw plant steeds slechter worden, graaf ‘m uit en probeer de larven te verwijderen
.
Meeldauw.
Dit zijn witte schimmelplekken op bladeren en bloemen. Het zal bij hortensia’s tot het najaar weinig of niet voorkomen. Wanneer de schimmel in september verschijnt hoeft u er niets tegen te doen, in het volgende voorjaar zal het niet direct terugkeren.
Mocht meeldauw zich toch in de zomer voordoen, dan zijn in de vakhandel milieuvriendelijke bestrijdingsmiddelen verkrijgbaar
.
We hebben hierboven de ziekten en plagen omschreven, die bij hortensia’s kunnen voorkomen. Over het algemeen zult u er bij deze plant weinig last van hebben. Maar een aantasting is vanzelfsprekend nooit uit te sluiten. Daarom zal aandacht en controle van de plant u helpen de bloemenpracht in de tuin optimaal te doen zijn. Door bovenstaande weet u waar u op moet letten.